2. Wanneer regionalisering wordt toegepast, zien de lidstaten erop toe dat ten minste de ziektegevoelige dieren die vanuit het ingesloten gebied naar andere lidstaten zijn verzonden in de periode tussen de datum waarop het mond- en klauwzeervirus waarschijnlijk is ingesleept en de datum waarop de regionalisering ten uitvoer wordt gelegd, worden getraceerd, en dat die dieren onder officiële veterinaire controle worden geïsoleerd totdat elke mogelijke besmetting of verontreiniging officieel is weerlegd.
(2) Im Falle der Regionalisierung tragen die Mitgliedstaaten dafür Sorge, dass zumindest die Herkunft von Tieren empfänglicher Arten, die in der Zeit zwischen dem Tag der angenommenen Einschleppung des MKS-Virus und dem Tag des Inkrafttretens der Regionalisierung aus dem Sperrgebiet in andere Mitgliedstaaten versendet wurden, ermittelt wird und die betreffenden Tiere unter amtstierärztlicher Kontrolle isoliert werden, bis eine etwaige Infektion oder Kontamination amtlich ausgeschlossen wird.