b) de verkrijgende vennootschap geen relatief belangrijke en vaste deelneming in het maatschappelijk kapitaal van de uitkerende vennootschap bezit » (Parl. St., Kamer, 1972-1973, nr. 521/1, p. 19).
b) die Gesellschaft, die in deren Genuss gelangt, keine relativ bedeutende oder ständige Beteiligung am Gesellschaftskapital der ausschüttenden Gesellschaft besitzt » (Parl. Dok., Kammer, 1972-1973, Nr. 521/1, S. 19).