Maatregelen op grond van de radiospectrumbeschikking doen geen afbreuk aan de rechten van de lidstaten om hun radiospectrum in het belang van de openbare orde en veiligheid (met name PPDR) te organiseren en te gebruiken , maar een dergelijk gebruik zou baat hebben bij een gemeenschappelijk frequentiebereik om het vrije verkeer van toestellen en interoperabele diensten in overeenstemming met de beleidsdoelstelling van het meerjarenprogramma voor het radiospectrumbeleid inzake spectrum te waarborgen.
Die im Rahmen der Frequenzentscheidung getroffenen Maßnahmen berühren zwar nicht das Recht der Mitgliedstaaten, Funkfrequenzen für die Zwecke der öffentlichen Ordnung und Sicherheit (vor allem PPDR) zu verwalten und zu nutzen , ein gemeinsamer Frequenzbereich wäre für eine solche Nutzung aber dennoch nützlich, um den freien Verkehr von Geräten und interoperablen Diensten im Einklang mit dem durch das Mehrjahresprogramm für die Funkfrequenzpolitik vorgegebenen politischen Ziel für die Verfügbarkeit von Funkfrequenzen sicherzustellen.