4. Niet-EU-schepen die een haven of ankerplaats van een lidstaat aandoen, overleggen een certificaat dat is afgegeven door de voor het schip relevante overheid of door een erkende organisatie die optreedt namens deze overheid, waarin bevestigd wordt dat het schip voldoet aan de in de leden 1 tot en met 3 vastgestelde vereisten.
4. An Bord von Nicht-EU-Schiffen, die einen Hafen eines Mitgliedstaates anlaufen oder in seinen Hoheitsgewässern ankern, ist eine Übereinstimmungsbescheinigung vorzulegen, die von der für das Schiff zuständigen Verwaltung oder von einer in ihrem Namen handelnden anerkannten Organisation ausgestellt wird und aus der hervorgeht, dass das Schiff den Anforderungen der Absätze 1 bis 3 genügt.