Vertaling van "economie waar ondernemerschap " (Nederlands → Duits) :

Maatschappelijk ondernemerschap, burgerinitiatieven en gemeenschapswerk zijn slechts enkele voorbeelden van hoe duurzame ontwikkeling via een bottom-upaanpak kan worden gerealiseerd, vooral waar het gaat om de noodzakelijke verschuiving naar een koolstofarme of circulaire economie.
Sozialunternehmertum, von Bürgern ausgehende und Gemeinschaftsinitiativen sind nur einige Beispiele für Bottom-up-Ansätze zur Verwirklichung einer nachhaltigen Entwicklung, gerade im Kontext der notwendigen Umstellung auf eine Niedrigemissions- oder Kreislaufwirtschaft.

Daarnaast zijn er echter een aantal gebieden waar het internemarktbeleid rechtstreeks van invloed is op de bevordering van ondernemerschap en innovatie in een steeds meer op kennis gebaseerde economie.
Darüber hinaus gibt es jedoch eine Reihe von Gebieten, auf denen die Binnenmarktpolitik sich direkt auf die Förderung von Unternehmertätigkeit und Innovation in einer zunehmend wissensbasierten Wirtschaft auswirkt.

Elżbieta Bieńkowska, commissaris voor Interne Markt, Industrie, Ondernemerschap en Midden- en Kleinbedrijf, bevestigt: "Wij moedigen overheidsinstanties ertoe aan overheidsopdrachten als een strategisch instrument te gebruiken om de belastingbetaler meer waar voor zijn geld te geven en een meer innovatieve, duurzame, inclusieve en concurrerende economie tot stand te brengen.
Elżbieta Bieńkowska, Kommissarin für den Binnenmarkt, Industrie, Unternehmertum und KMU, ergänzte: „Wir ermutigen die Behörden dazu, die öffentliche Auftragsvergabe strategisch als Instrument einzusetzen, um für die eingesetzten Gelder der Steuerzahler bessere Erträge zu erhalten und um zu einer innovativeren, nachhaltigeren, inklusiveren und wettbewerbsfähigeren Wirtschaft beizutragen.

Tea Petrin is professor aan de faculteit Economie van de universiteit van Ljubljana in Slovenië, waar zij tevens hoofd is van de academische eenheid voor ondernemerschap en lid van de senaat van de universiteit.
Tea Petrin ist Professorin an der Wirtschaftsfakultät der Universität Ljubljana, Slowenien, und Mitglied des Senats der Universität.

9. herinnert eraan dat ontwikkelingshulp niet volstaat om de armoede uit te bannen, en dat deze hulp de oorzaken van de armoede moet aanpakken, veeleer dan de symptomen te verzachten; wijst op de noodzaak van doeltreffender steun in het kader van een breder ontwikkelingsproject, dat de begunstigde landen helpt bij het uitbouwen van een sterke en milieuvriendelijke economie waar de sociale basisdiensten beschikbaar zijn voor alle burgers, en uiteindelijk hun afhankelijkheid van de steun vermindert; wijst in deze context op het belang van een gunstig klimaat dat het scheppen van fatsoenlijke banen, ondernemerschap en innovatie in de begunstigde landen bevordert; vraagt donorlanden bij voorkeur gebruik te maken van het lokale economische potentieel, en actief tot de versterking daarvan bij te dragen;
9. verweist darauf, dass die Entwicklungshilfe nicht ausreicht, um die Armut vollständig zu beseitigen, und dass der Schwerpunkt auf den Ursachen statt auf den Symptomen der Armut liegen sollte; unterstreicht, dass eine wirksamere Hilfe erforderlich ist, die sich in einen Entwicklungsprozess einfügt, der darauf ausgerichtet ist, in Empfängerländern starke und die Umwelt schützende Volkswirtschaften zu schaffen, in denen der Zugang zu den grundlegenden sozialen Dienstleistungen für alle Bürger gewährt wird und auf lange Sicht die Abhängigkeit von der Hilfe abgebaut werden kann; hebt in diesem Zusammenhang die Bedeutung eines Klimas hervor, das die Schaffung menschenwürdiger Arbeitsplätze, unternehmerische Tätigkeit und Innovation in den Empfängerländern fördert; empfiehlt den Gebern, vorrangig auf die lokalen Wirtschaftskapazitäten zurückzugreifen und sich aktiv für deren Verstärkung einzusetzen;

Tea Petrin is professor aan de faculteit Economie van de universiteit van Ljubljana (Slovenië), waar zij tevens hoofd is van de academische eenheid voor ondernemerschap.
Tea Petrin ist Professorin an der Wirtschaftsfakultät der Universität Ljubljana, Slowenien, wo sie auch die akademische Abteilung für Unternehmertum leitet.

31. dringt er bij de lidstaten op aan het ondernemerschap van vrouwen in de groene economie te bevorderen en de toegang van vrouwen tot de groene economie te vereenvoudigen, door informatie te verstrekken en cursussen te geven, en door maatregelen in het leven te roepen die vrouwen helpen een evenwicht te bewerkstelligen tussen hun werk en privéleven; verzoekt de lidstaten om het ondernemerschap van vrouwen te bevorderen op het gebied van milieubescherming en in de ontwikkeling van milieuvriendelijke technologieën, bijvoorbeeld op het terrein van hernieuwbare energie, landbouw en toerisme, alsook in de ontwikkeling van groene innovaties, met name binnen de dienstensector; merkt op dat hernieuwbare energie nieuwe arbeidsmogelijkheden kan creëren voor vrouwelijke ondernemers op terreinen waar de werkloosheid van vrouwen bijzonder hoog is;
31. fordert die Mitgliedstaaten auf, Unternehmensgründungen durch Frauen in der grünen Wirtschaft zu fördern, indem Frauen der Zugang erleichtert wird, indem Daten verbreitet und Schulungen durchgeführt werden und Maßnahmen ergriffen werden, um Frauen bei der Erzielung eines Gleichgewichts zwischen Arbeit und Privatleben zu unterstützen; fordert die Mitgliedstaaten auf, Unternehmensgründungen durch Frauen in der Entwicklung von Technologien zum Umweltschutz und von umweltfreundlichen Technologien, etwa in Bereichen wie erneuerbare Energien, Landwirtschaft und Tourismus, und in der Entwicklung von grünen Innovationen, insbesondere im Dienstleistungssektor, zu fördern; stellt fest, dass erneuerbare Energien neue Arbeitsplätze für Unternehmerinnen in Bereichen schaffen können, in denen die Arbeitslosigkeit bei Frauen besonders hoch ist;

Als wij een welvarend Europa willen, een Europa van duurzame ontwikkeling, een Europa dat de strijd tegen de armoede in eigen huis en over de grens kan aanbinden, een Europa dat in staat is zijn waarden over de hele wereld uit te dragen, dan moeten we beginnen met het zekerstellen van een sterke en vitale economie waar ondernemerschap en innovatie tot bloei kunnen komen.
Diese vertritt die Ansicht, dass ein Haus nur auf einem soliden Fundament aufgebaut werden kann. Wenn wir ein wohlhabendes Europa anstreben, ein Europa der nachhaltigen Entwicklung, ein Europa, das die Armut innerhalb und außerhalb seiner Grenzen bekämpfen kann, und ein Europa, das seine Werte in der ganzen Welt verbreiten kann, dann müssen wir zunächst für eine starke und funktionierende Wirtschaft mit florierenden Unternehmen und neuen Innovationen sorgen.