Wanneer de belastingplichtige binnen de in het eerste lid bedoelde termijn van drie jaar, overeenkomstig de artikelen 267 tot 274 een bezwaarschrift heeft ingediend, wordt die termijn verlengd met een tijdperk dat gelijk is aan de tijd die is verlopen tussen de datum van het indienen van het bezwaarschrift en die van de beslissing van de directeur of de gedelegeerde ambtenaar, zonder dat die verlenging meer dan twaalf maanden mag bedragen. »
Wenn der Steuerpflichtige innerhalb der in Absatz 1 vorgesehenen Frist von drei Jahren gemäss den Artikeln 267 bis 274 eine Beschwerde eingereicht hat, wird diese Frist um einen Zeitraum verlängert, der der Zeit entspricht, die zwischen dem Datum des Einreichens der Beschwerde und demjenigen der Entscheidung des Direktors oder des beauftragten Beamten abgelaufen ist, ohne dass diese Verlängerung mehr als zwölf Monate betragen darf».