Ze bepaalt voor welke grondwaterlichamen uit hoofde van artikel D.22, § 6, minder strenge doelstellingen worden vastgesteld, indien het grondwaterlichaam door de effecten van menselijke activiteiten, zoals bepaald in overeenstemming met artikel D.17, zo verontreinigd is dat het bereiken van een goede chemische toestand van grondwater niet haalbaar of buitensporig duur is».
Sie bestimmt jene Grundwasserkörper, für die weniger strenge Zielsetzungen gemäss Artikel D.22, § 6 festzulegen sind, wenn der Grundwasserkörper infolge der Auswirkungen menschlicher Tätigkeit nach der Beurteilung gemäss Artikel D.17 so verschmutzt ist, dass ein guter chemischer Zustand des Grundwassers nicht oder nur mit unverhältnismässig hohen Kosten zu erreichen wäre».