8. benadrukt dat het mogelijk maken van het gebruik van biobrandstoffen slechts als een aanvullende maatregel kan worden beschouwd, en dat slechts een combinatie van maatregelen, zoals een omschakeling naar effectievere vervoerswijzen, een verhoogde brandstofefficiëntie van voertuigen, transportbesparing, een betere logistiek, de implementatie van intelligente systemen voor het beheer van weg- en luchtvervoer, en fiscale prikkels garanties kan bieden voor een duurzaam vervoersysteem voor toekomstige generaties;
8. betont, dass der erleichterte Einsatz von Biokraftstoffen nur eine Begleitmaßnahme sein kann und dass nur eine Kombination von Maßnahmen, wie die Verkehrsverlagerung auf wirksamere Verkehrsträger, eine Verbesserung der Treibstoffeffizienz bei Kraftfahrzeugen, die Verkehrsvermeidung, eine bessere Logistik, die Durchführung intelligenter Kontrollsysteme für den Straßen- und Flugverkehr und steuerliche Anreize ein nachhaltiges Verkehrssystem für zukünftige Generationen gewährleisten kann;