39. merkt op dat uit een onafhankelijke evaluatie van het externe mandaat van de EIB blijkt dat de inspanningen van de EIB om de uitvoering van projecten te controleren en de plaatselijke aanwezigheid en follow-up van ecologische en sociale aspecten te waarborgen, nog altijd onvoldoende lijken, terwijl de EIB slechts indirect kan voldoen aan de vereisten in het mandaat op het gebied van ontwikkelingsaspecten;
39. stellt anhand der unabhängigen Bewertung des Außenmandats der EIB fest, dass deren Maßnahmen zur Überwachung der Projektdurchführung, Sicherstellung lokaler Präsenz und Berücksichtigung von Umwelt- und Sozialaspekten offenbar weiterhin unzureichend sind und die EIB die Anforderungen ihres Mandats in Hinblick auf Entwicklungsaspekte nur indirekt erfüllen kann;