De conclusies van de Europese Raad van 23 en 24 oktober 2014 over het beleidskader voor het klimaat- en energiebeleid 2030 bevatten duidelijke richtsnoeren over de voortzetting na 2020 van de bepalingen inzake vrije rechten en het weglekken van koolstof, en erin staat verder dat de meest efficiënte installaties in de sectoren die het risico lopen aan internationaal concurrentievermogen in te boeten, niet met niet-gerechtvaardigde koolstofkosten moeten worden geconfronteerd die tot het weglekken van koolstof leiden.
Die Schlussfolgerungen des Europäischen Rates vom 23. und 24. Oktober 2014 zum Rahmen für die Klima- und Energiepolitik bis 2030 geben, was das Fortbestehen der kostenfreien Zuteilung von Zertifikaten und der Bestimmungen über die Verlagerung von CO2-Emissionen nach 2020 betrifft, klare Anhaltspunkte, denn es heißt darin, dass „[z]ur Wahrung der internationalen Wettbewerbsfähigkeit [...] den effizientesten Anlagen in diesen Sektoren keine unangemessenen CO2-Kosten entstehen [sollten], die zu Verlagerungen von CO2-Emissionen führen würden“.