Traduction de «eu-2020-strategie een vermindering » (Néerlandais → Allemand) :

TERMINOLOGIE

EU 2020-strategie | Europa 2020-strategie | Europa 2020-strategie voor banen en groei | Europa 2020-strategie voor banen en slimme, duurzame en inclusieve groei
EU-2020-Strategie | Europa 2020 | Strategie der Europäischen Union für Beschäftigung und intelligentes, nachhaltiges und integratives Wachstum | Strategie Europa 2020 | Strategie für Beschäftigung und Wachstum Europa 2020

Energie 2020 - Een strategie voor een concurrerende, duurzame en continu geleverde energie | Energie 2020-strategie
Energie 2020 - Eine Strategie für wettbewerbsfähige, nachhaltige und sichere Energie | Strategie Energie 2020

EU-groeistrategie [ beleidsplan voor Europese groei | Europa 2020-strategie | EU-strategie voor groei en werkgelegenheid | EU-strategie voor slimme, duurzame en inclusieve groei | EU-strategie voor werkgelegenheid en slimme, duurzame en inclusieve groei | groeistrategie van de EU | groeistrategie van de Europese Unie ]
EU-Wachstumsstrategie [ EU-Strategie für Beschäftigung und intelligentes, nachhaltiges und integratives Wachstum | EU-Strategie für Beschäftigung und Wachstum | EU-Strategie für intelligentes, nachhaltiges und integratives Wachstum | Initiative für das Wachstum in Europa | Strategie Europa 2020 | Wachstumsstrategie der EU | Wachstumsstrategie der Europäischen Union ]

kerndoel | kerndoel van de Europa 2020-strategie
Kernziel

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

De bestaande Energie 2020-strategie, die kan bijdragen aan een vermindering van de emissies met 40 % tegen 2050, moet volledig ingevoerd worden.
Die bestehende Energiestrategie 2020, die dazu beitragen kann, dass die Emissionen bis 2050 um 40 % reduziert werden, muss vollständig umgesetzt werden.

58. verklaart dat de huidige onderwijs- en opleidingssystemen niet voldoen om het hoge uitvalpercentage van mensen met een handicap te voorkomen zonder extra beleidsmaatregelen van de overheid die voorzien in specifieke leerondersteuning, aangezien in verband met de doelstelling van de EU-2020-strategie een vermindering van het uitvalpercentage tot minder dan 10% wordt genoemd; benadrukt dat dit leidt tot een sterk benadeelde positie, maatschappelijk en op de arbeidsmarkt, met armoede als gevolg voor mensen met een handicap, vooral in de huidige economische crisis; wijst, gezien de hoge schooluitval onder mensen met een handicap, en in het licht van de conclusies van de Raad van 11 mei 2010 over de sociale dimensie van onderwijs en opleiding, op de noodzaak om te investeren in en te werken aan de bevordering van (alternatieve) onderwijs- en (beroepsmatige) opleidingsprogramma's die zijn aangepast aan de behoeften, kenmerken en capaciteiten van mensen met een handicap, en merkt op dat dit betekent dat er voldoende gekwalificeerde en gemotiveerde leerkrachten beschikbaar moeten zijn met degelijke en adequate programma's, alsook dat deze programma's beschikbaar moeten zijn in de curricula van alle hogere instellingen voor beroepsonderwijs en –opleiding en hoger onderwijs, en ook in programma's buiten het curriculum voor mensen met een handicap, om de negatieve houding ten aanzien van kinderen met een handicap te bestrijden en ervoor te zorgen dat zij adequate kwalificaties kunnen verwerven voor de moderne en open arbeidsmarkt; dringt er bij de lidstaten en de Commissie op aan mensen met een handicap in staat te stellen betere toegang te hebben tot informatie over bestaande mobiliteits- en onderwijsprogramma's alsook gelijke toegang tot programma's voor levenslang leren; merkt op dat tegelijk moet worden gezorgd voor mainstreaming van anti-discriminatie in de EU-2020-strategie en de kerninitiatieven, om te voldoen aan artikel 24 van het VN-Verdrag;
58. erklärt, dass die derzeitigen Systeme auf dem Gebiet der allgemeinen und beruflichen Bildung die hohe Abbrecherquote bei Menschen mit Behinderungen nicht verhindern können, sofern nicht zusätzliche öffentliche Maßnahmen zur spezifischen Lernunterstützung umgesetzt werden, da das Ziel der Strategie Europa 2020 eine Verringerung der Zahl auf unter 10 % beinhaltet; betont, dass dies zu erheblichen sozialen und beschäftigungspolitischen Benachteiligungen von Menschen mit Behinderungen und insbesondere in der gegenwärtigen Wirtschaftskrise zu Armut führt; betont angesichts der hohen Abbrecherquote bei Menschen mit Behinderungen und in Kenntnis der Schlussfolgerungen des Rates vom 11. Mai 2010 zur sozialen Dimension der allgemeinen und beruflichen Bildung die Bedeutung von Investitionen in wirksame (und alternative) Programme zur allgemeinen (und beruflichen) Bildung, die auf die Bedürfnisse, Eigenschaften und Fähigkeiten von Menschen mit Behinderungen zugeschnitten sind, sowie die Förderung solcher Programme; stellt fest, dass dies das Vorhandensein qualifizierter und motivierter Fachkräfte in angemessener Zahl sowie solider und geeigneter Programme erfordert, die auch in den Lehrplänen sämtlicher Einrichtungen zur beruflichen Aus- und Weiterbildung sowie an den Hochschulen berücksichtigt werden müssen, einschließlich in außerschulischen Programmen für Menschen mit Behinderungen, um negative Einstellungen gegenüber Kindern mit Behinderungen zu bekämpfen und ihnen zu ermöglichen, die für den modernen und offenen Arbeitsmarkt erforderlichen angemessenen Qualifikationen zu erwerben; fordert die Mitgliedstaaten und die Kommission auf, Menschen mit Behinderungen einen besseren Zugang zu Informationen über bestehende Mobilitäts- und Bildungsprogramme sowie einen gleichberechtigten Zugang zu Programmen des lebensbegleitenden Lernens zu ermöglichen; stellt in diesem Zusammenhang fest, dass für die Umsetzung von Artikel 24 des Übereinkommens der Vereinten Nationen über ...

18. verzoekt de lidstaten samen met de sociale partners het middelbaar beroepsonderwijs te bevorderen, omdat er tussen de lidstaten grote verschillen qua participatiegraad en organisatie van dit onderwijs bestaan; wijst erop dat dit een doorslaggevende bijdrage zou betekenen aan de verwezenlijking van de doelstellingen in de Europa 2020-strategie inzake vermindering van het aantal schoolverlaters en bestrijding van de werkloosheid; onderstreept dat de uitwisseling van goede praktijken via de open coördinatiemethode moet worden versterkt;
18. fordert die Mitgliedstaaten auf, gemeinsam mit den Sozialpartnern die Berufsbildung wirksamer in den Sekundarstufenunterricht zu integrieren, da zwischen den Mitgliedstaaten starke Diskrepanzen bezüglich des Ausmaßes der Beteiligung und Organisation in diesem Bereich bestehen; weist darauf hin, dass dies durch eine Verringerung der Anzahl der Schulabbrecher und Senkung der Arbeitslosigkeit entscheidend dazu beitragen könnte, die in der Strategie Europa 2020 verankerten Ziele zu erreichen; betont die Notwendigkeit, den Austausch bewährter Verfahren im Rahmen der offenen Koordinierung zu fördern;

In het verlengde van de mededeling uit 2008 over offshore-windenergie[2] worden in deze mededeling de mogelijkheden onderzocht om door middel van oceaanenergie bij te dragen aan de doelstellingen van de Europa 2020-strategie[3] alsook aan de langetermijndoelstellingen van de Unie betreffende de vermindering van broeikasgasemissies.
Nach der Mitteilung von 2008 zur Offshore-Windenergie[2] wird in vorliegender Mitteilung beleuchtet, inwieweit der Meeresenergiesektor zu den Zielen der Strategie Europa 2020[3] sowie zu den langfristigen Zielen der EU im Bereich der Reduzierung der Treibhausgasemissionen beitragen kann.

1. De lidstaten zorgen ervoor dat de in de operationele programma's vastgestelde strategie en acties de nodige samenhang vertonen en afgestemd zijn op de uitdagingen die worden genoemd in hun nationale hervormingsprogramma's alsmede, voor zover relevant, de andere nationale strategieën ter bestrijding van werkloosheid, armoede en sociale uitsluiting, en ook in de relevante aanbevelingen van de Raad die zijn vastgesteld uit hoofde van artikel 148, lid 4, VWEU, om bij te dragen aan de verwezenlijking van de voornaamste doelstellingen van de Europa 2020-strategie inzake werkgelegenheid, onderwijs en vermindering van armoede.
(1) Die Mitgliedstaaten stellen sicher, dass die Strategie und die Maßnahmen, die in den operationellen Programmen beschrieben werden, kohärent damit sind und die Probleme aufgreifen, die in ihren nationalen Reformprogrammen sowie gegebenenfalls in ihren anderen nationalen Strategien gegen Arbeitslosigkeit, Armut und soziale Ausgrenzung und auch den einschlägigen Empfehlungen des Rates gemäß Artikel 148 Absatz 4 AEUV aufgezeigt werden, um so zur Erreichung der Kernziele der Strategie Europa 2020 in den Bereichen Beschäftigung, Bildung und Armutsbekämpfung beizutragen.

63. roept de lidstaten ertoe op nationale hervormingsprogramma's voor te stellen die met de doelstelling van het platform en met de doelstellingen van de Unie op het vlak van sociale en duurzame ontwikkeling stroken, en in overeenstemming met de vaststelling van de Commissie dat armoede voor "Europa in de 21e eeuw inacceptabel" is de loonindexeringssystemen en collectieve arbeidsovereenkomsten niet in twijfel te trekken en hun capaciteit op het gebied van investeringen en sociale uitgaven niet in het kader van het economisch bestuur op irrationele en ongegronde wijze te beperken, en tegelijkertijd de duurzaamheid van de overheidsfinanciën en de creatie van werk dat loont te waarborgen, wetende dat de vermindering van de armoede een essentieel uitvloeisel is van intelligente, duurzame en inclusieve groei; vraagt om een opheldering van de status van de nationale actieplannen voor sociale inclusie, en met name van hun integratie in de nationale hervormingsprogramma's in het kader van de EU 2020-strategie; roept de Commissie op om landspecifieke aanbevelingen op te stellen om de armoedereductiedoelstelling te halen, met name in geval van mislukking, aangezien een sterkere inzet, de actieve deelname van alle partijen en de beschikbaarstelling van alle middelen nodig zijn om de armoede en de grote armoede op middellange termijn beduidend te verminderen en om een laag armoedeniveau of zelfs de uitroeiing van de armoede in uiterlijk 2020 te bereiken; stelt voor dat de Commissie op Europees niveau richtsnoeren voor de lidstaten opstelt om ervoor te zorgen dat de territoriale overheden en de andere betrokken partijen daadwerkelijk deelnemen aan de voorbereiding van de nationale hervormingsprogramma's; merkt op dat de "territoriale pacten" in potentie het meest volledige en coherente mechanisme zijn om de territoriale overheden bij dit proces te betrekken, zoals in het vijfde cohesieverslag wordt voorgesteld; is van mening dat de doelstelling van de Europa 2020-strategie ...
63. fordert die Mitgliedstaaten auf, nationale Reformprogramme vorzulegen, die dem Ziel der Plattform und den Zielen der Union im Bereich der sozialverträglichen und nachhaltigen Entwicklung entsprechen; unterstützt die Erkenntnis der Kommission, dass Armut für „Europa im 21. Jahrhundert untragbar“ ist, und fordert deshalb, die Lohn-Indexierungssysteme und Flächentarifverträge nicht in Frage zu stellen und die Kapazitäten der Mitgliedstaaten in Bezug auf Investitionen und Sozialausgaben im Rahmen der wirtschaftspolitischen Steuerung nicht unvernünftig und ungerechtfertigt einzuschränken und auch für die Nachhaltigkeit der öffentlichen Finanzen und die Schaffung lohnender Arbeitsplätze zu sorgen, da die Verringerung der Armut eine wesentliche Begleiterscheinung intelligenten, nachhaltigen und integrativen Wachstums ist; fordert, dass der Status der nationalen Aktionspläne für soziale Eingliederung und insbesondere die Frage ihrer Einbeziehung in die nationalen Reformprogramme im Rahmen der Strategie Europa 2020 geklärt wird; fordert die Kommission auf, im Hinblick auf die Verwirklichung des Ziels der Armutsverringerung für die Mitgliedstaaten Empfehlungen auszuarbeiten, insbesondere für den Fall einer unzulänglichen Verwirklichung, da die Armutsbekämpfung verstärkte Anstrengungen und die Mobilisation aller Akteure und aller Mittel erfordert, um Armut und extreme Armut mittelfristig erheblich zu senken und die Armut bis spätestens 2020 auf ein niedriges Niveau zu bringen, wenn nicht gar zu beseitigen; schlägt vor, dass die Kommission auf europäischer Ebene Leitlinien für die Mitgliedstaaten erarbeitet, um die effektive Teilnahme der Gebietskörperschaften und anderer interessierter Parteien an der Vorbereitung der nationalen Reformprogramme zu gewährleisten; weist darauf hin, dass die „territorialen Bündnisse“ vom Potenzial her den umfassendsten und konsequentesten Mechanismus zur Einbindung der Gebietskörperschaften in diesen Prozess darstellen, wie im fünften Be ...

64. roept de lidstaten ertoe op nationale hervormingsprogramma's voor te stellen die met de doelstelling van het platform en met de doelstellingen van de Unie op het vlak van sociale en duurzame ontwikkeling stroken, en in overeenstemming met de vaststelling van de Commissie dat armoede voor „Europa in de 21e eeuw inacceptabel” is de loonindexeringssystemen en collectieve arbeidsovereenkomsten niet in twijfel te trekken en hun capaciteit op het gebied van investeringen en sociale uitgaven niet in het kader van het economisch bestuur op irrationele en ongegronde wijze te beperken, en tegelijkertijd de duurzaamheid van de overheidsfinanciën en de creatie van werk dat loont te waarborgen, wetende dat de vermindering van de armoede een essentieel uitvloeisel is van intelligente, duurzame en inclusieve groei; vraagt om een opheldering van de status van de nationale actieplannen voor sociale inclusie, en met name van hun integratie in de nationale hervormingsprogramma's in het kader van de EU 2020-strategie; roept de Commissie op om landspecifieke aanbevelingen op te stellen om de armoedereductiedoelstelling te halen, met name in geval van mislukking, aangezien een sterkere inzet, de actieve deelname van alle partijen en de beschikbaarstelling van alle middelen nodig zijn om de armoede en de grote armoede op middellange termijn beduidend te verminderen en om een laag armoedeniveau of zelfs de uitroeiing van de armoede in uiterlijk 2020 te bereiken; stelt voor dat de Commissie op Europees niveau richtsnoeren voor de lidstaten opstelt om ervoor te zorgen dat de territoriale overheden en de andere betrokken partijen daadwerkelijk deelnemen aan de voorbereiding van de nationale hervormingsprogramma's; merkt op dat de „territoriale pacten” in potentie het meest volledige en coherente mechanisme zijn om de territoriale overheden bij dit proces te betrekken, zoals in het vijfde cohesieverslag wordt voorgesteld; is van mening dat de doelstelling van de Europa 2020-strategie ...
64. fordert die Mitgliedstaaten auf, nationale Reformprogramme vorzulegen, die dem Ziel der Plattform und den Zielen der Union im Bereich der sozialverträglichen und nachhaltigen Entwicklung entsprechen; unterstützt die Erkenntnis der Kommission, dass Armut für „Europa im 21. Jahrhundert untragbar“ ist, und fordert deshalb, die Lohn-Indexierungssysteme und Flächentarifverträge nicht in Frage zu stellen und die Kapazitäten der Mitgliedstaaten in Bezug auf Investitionen und Sozialausgaben im Rahmen der wirtschaftspolitischen Steuerung nicht unvernünftig und ungerechtfertigt einzuschränken und auch für die Nachhaltigkeit der öffentlichen Finanzen und die Schaffung lohnender Arbeitsplätze zu sorgen, da die Verringerung der Armut eine wesentliche Begleiterscheinung intelligenten, nachhaltigen und integrativen Wachstums ist; fordert, dass der Status der nationalen Aktionspläne für soziale Eingliederung und insbesondere die Frage ihrer Einbeziehung in die nationalen Reformprogramme im Rahmen der Strategie Europa 2020 geklärt wird; fordert die Kommission auf, im Hinblick auf die Verwirklichung des Ziels der Armutsverringerung für die Mitgliedstaaten Empfehlungen auszuarbeiten, insbesondere für den Fall einer unzulänglichen Verwirklichung, da die Armutsbekämpfung verstärkte Anstrengungen und die Mobilisation aller Akteure und aller Mittel erfordert, um Armut und extreme Armut mittelfristig erheblich zu senken und die Armut bis spätestens 2020 auf ein niedriges Niveau zu bringen, wenn nicht gar zu beseitigen; schlägt vor, dass die Kommission auf europäischer Ebene Leitlinien für die Mitgliedstaaten erarbeitet, um die effektive Teilnahme der Gebietskörperschaften und anderer interessierter Parteien an der Vorbereitung der nationalen Reformprogramme zu gewährleisten; weist darauf hin, dass die „territorialen Bündnisse“ vom Potenzial her den umfassendsten und konsequentesten Mechanismus zur Einbindung der Gebietskörperschaften in diesen Prozess darstellen, wie im fünften Be ...

is verheugd over het feit dat in de 2020-strategie gesproken wordt over de integratie van oudere werknemers in de arbeidsmarkt; betreurt dat in de EU 2020-strategie expliciete aandacht voor fatsoenlijke, houdbare en adequate pensioensystemen ontbreekt, hoewel de verwezenlijking van enkele van de in de 2020-strategie gepresenteerde doelstellingen daarvan afhankelijk is; stelt daarom voor dat de doelstellingen van het groenboek in de 2020-strategie worden opgenomen;
begrüßt die Erwähnung der Einbindung älterer Arbeitnehmer in den Arbeitsmarkt im Rahmen der Strategie 2020; bedauert, dass in der Strategie 2020 nicht eigens auf menschenwürdige, nachhaltige und angemessene Versorgungssysteme eingegangen wird, obwohl von ihnen die Verwirklichung einiger in der Strategie 2020 enthaltener Ziele abhängt; schlägt daher vor, die Ziele des Grünbuchs in die Strategie 2020 aufzunehmen;