3. is in het algemeen tevreden met de samenwerking en het partnerschap tussen de EU en derde landen voor de bestrijding van terrorisme en voor nauwe samenwerking met regionale actoren als de Afrikaanse Unie, de Samenwerkingsraad van de Golf en de Arabische Liga, alsmede met de VN, en met name het VN-Comité voor terrorismebestrijding; herinnert er evenwel aan dat terreurbestrijdingsmaatregelen nooit mogen worden misbruikt om legitieme kritiek te onderdrukken of de universele mensenrechten van mensen te schenden; waarschuwt voor het gebruik door derde landen van samenwerking met de EU om dit misbruik van terrorismebestrijdingsmaatregelen te legitimeren, zoals bijvoorbeeld
in het geval van de ...[+++]s=yellow3>gedwongen verwijdering van Ahmed Agiza en Muhammad Alzery van Zweden naar Egypte in december 2001;
3. begrüßt es grundsätzlich, wenn die EU und Drittstatten eine Zusammenarbeit und Partnerschaft eingehen, um Terrorismus zu bekämpfen und eng mit regionalen Akteuren wie der Afrikanischen Union, dem Golf-Kooperationsrat und der Liga der Arabischen Staaten sowie mit den Vereinten Nationen und insbesondere deren Ausschuss zur Bekämpfung des Terrorismus zusammenzuarbeiten; weist jedoch darauf hin, dass Maßnahmen zur Terrorismusbekämpfung unter keinen Umständen dafür missbraucht werden dürfen, dass l
egitime abweichende Meinungen unterdrückt oder jemandes universelle Menschenrechte verletzt werden; warnt davor, dass Drittstaaten die Zusamme
...[+++]narbeit mit der EU ausnutzen, um derlei Missbrauch von Maßnahmen zur Terrorismusbekämpfung zu rechtfertigen, was beispielsweise bei der Abschiebung von Ahmed Agiza und Muhammad Alzery von Schweden nach Ägypten im Dezember 2001 der Fall war;