Uit de parlementaire v
oorbereiding blijkt eveneens dat de wetgever heeft geoordeeld dat het criterium van de oordeelsbekwaamheid minder « willekeurig » is dan het criteri
um van de leeftijd, omdat de beoordeling ervan ber
ust op gegevens die niet louter juridisch, maar medisch zijn en in concreto worden geëvalueerd (Parl. St., Senaat, 2012-2013, nr. 5-2170/1, p. 3; Kamer, 2013-2014, DOC 53-3245/004, pp. 4, 8, 28
...[+++] en 36).
Aus den Vorarbeiten geht ebenfalls hervor, dass der Gesetzgeber das Kriterium der Urteilsfähigkeit als weniger « willkürlich » erachtete als das Alterskriterium, weil dessen Beurteilung nicht auf rein juristischen, sondern medizinischen Elementen beruht, die in concreto bewertet werden (Parl. Dok., Senat, 2012-2013, Nr. 5-2170/1, S. 3; Kammer, 2013-2014, DOC 53-3245/004, SS. 4, 8, 28 und 36).