1. Na de in artikel 3, lid 2, onder i), bedoelde dialoog met de relevante bevoegde autoriteiten over het gezamenlijke kapitaalbesluit en het gezamenlijke liquiditeitsbesluit herziet de consoliderende toezichthouder indien nodig het ontwerp van gezamenlijk kapitaalbesluit en het ontwerp van gezamenlijk liquiditeitsbesluit om deze besluiten definitief vast te stellen.
(1) Im Anschluss an den in Artikel 3 Absatz 2 Buchstabe i genannten Dialog mit den jeweils zuständigen Behörden über den Entwurf der gemeinsamen Entscheidung über das Kapital und den Entwurf der gemeinsamen Entscheidung über die Liquidität überarbeitet die konsolidierende Aufsichtsbehörde nach Bedarf den Entwurf der gemeinsamen Entscheidung über das Kapital und den Entwurf der gemeinsamen Entscheidung über die Liquidität mit dem Ziel, diese Entscheidungen abzuschließen.