50. wijst nogmaals op de EU-richtsnoeren voor een aantal mensenrechtenvraagstukken, die een krachtig politiek signaal uitzenden dat dit voor de Unie prioriteiten zijn; verzoekt de Raad dan ook op de grondslag van de acht kernverdragen van de IAO soortgelijke richtlijnen aan te nemen die moeten worden gebruikt als pragmatisch instrument van de EU dat ertoe bijdraagt het externe sociale beleid van de Unie beter vooruit te helpen; herhaalt dat het eerbiedigen van internationale wetgeving inzake mensenrechten volgens de Universele Verklaring voor alle ondernemingen een bindende verplichting blijft;
50. erinnert an die EU-Leitlinien zu verschiedenen Menschenrechtsfragen, mit denen die Union nachdrücklich signalisiert, dass diese in ihrer Politik Vorrang haben; bittet den Rat deshalb, vergleichbare Leitlinien basierend auf den acht IAO-Kernübereinkommen zu beschließen, die als praxisbezogenes Instrument der EU genutzt werden können, das mithilft, die externe Sozialpolitik der Union weiter voranzubringen; weist wiederholt darauf hin, dass die Achtung der internationalen Menschenrechtsbestimmungen gemäß der Allgemeinen Erklärung der Menschenrechte nach wie vor eine verbindliche Verpflichtung für alle Unternehmen ist;
