In haar advies over het voorontwerp van decreet da
t het in het geding zijnde decreet is geworden, had de afdeling wetgeving van de Raad
van State daarover duidelijk gesteld dat het uitvaardigen van het decreet tot de bevoegdheid van het Vlaamse Gewest behoorde : « De in het ontwerp geregelde aangelegenheid kadert [...] in de bevoegdheden die door artikel 6, § 1, I, l°, 4°, 5° en 6°, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980
tot hervorming der instellingen aan de Ge ...[+++]westen zijn toegekend.
In ihrem Gutachten zu dem Dekretsvorentwurf, aus dem das fragliche Dekret entstanden ist, hatte die Gesetzgebungsabteilung des Staatsrates diesbezüglich deutlich erklärt, dass die Annahme des Dekrets zur Zuständigkeit der Flämischen Region gehörte: « Die im Entwurf geregelte Angelegenheit ist Bestandteil [...] der Zuständigkeiten, die durch Artikel 6 § 1 I Nrn. l, 4, 5 und 6 des Sondergesetzes vom 8. August 1980 zur Reform der Institutionen den Regionen verliehen wurden.