4. verwerpt de gedachte dat de kmo's in de EU met afscherming van de internationale concurrentie geholpen zouden zijn en op het internationale toneel beter zouden kunnen presteren; gelooft dat de EU zich in internationale onderhandelingen veeleer achter een positieve agenda ten voordele van de kmo moet stellen, zodat belemmeringen op basis van wederkerigheid in het belang van de kmo's over de gehele wereld kunnen worden afgebouwd;
4. weist die Auffassung zurück, wonach eine Abschirmung von KMU in der EU vor dem internationalen Wettbewerb ihr Wachstum begünstigen und ihre Leistungsfähigkeit auf internationaler Ebene steigern könnte; ist vielmehr der Ansicht, dass die EU ein positives Programm zugunsten ihrer KMU in internationalen Verhandlungen unterstützen sollte, um auf der Grundlage der Gegenseitigkeit und im Interesse der KMU weltweit bestehende Schranken abzubauen;
