Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Vertaling van "januari 1989 opgelegde " (Nederlands → Duits) :

Te dezen is de door de verzoekende partijen aangevoerde overmacht geen onvoorziene, toevallige of uitzonderlijke gebeurtenis die hen heeft belet hun vordering in te stellen binnen de door de bijzondere wet van 6 januari 1989 opgelegde termijn.

Im vorliegenden Fall ist die von den klagenden Parteien angeführte höhere Gewalt kein unvorhergesehenes, zufälliges oder außerordentliches Ereignis, das sie daran gehindert hätte, ihre Klage innerhalb der durch das Sondergesetz vom 6. Januar 1989 auferlegten Frist einzureichen.


Uit het voorgaande vloeit voort dat de verzoekende partijen niet voldoende aantonen dat de onmiddellijke toepassing van de bestreden bepalingen van het decreet van 23 december 2016 hun een moeilijk te herstellen ernstig nadeel kan berokkenen, zodat niet is voldaan aan een van de voorwaarden die zijn opgelegd bij artikel 20, 1°, van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof.

Aus dem Vorstehenden geht hervor, dass die klagenden Parteien nicht hinlänglich nachweisen, dass die unmittelbare Anwendung der angefochtenen Bestimmungen des Dekrets vom 23. Dezember 2016 ihnen einen schwer wiedergutzumachenden ernsthaften Nachteil zuzufügen droht, so dass eine der durch Artikel 20 Nr. 1 des Sondergesetzes vom 6. Januar 1989 über den Verfassungsgerichtshof vorgeschriebenen Bedingungen nicht erfüllt ist.


Luidens artikel 62, tweede lid, 6°, van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof gebruiken de personen die doen blijken van een belang in hun akten en verklaringen, de taal die zij verkiezen behalve indien zij onderworpen zijn aan de wetgeving op het gebruik van de talen in bestuurszaken, in welk geval zij de taal gebruiken die hun is opgelegd bij de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken, gecoördineerd op 18 juli 1966.

Gemäß Artikel 62 Absatz 2 Nr. 6 des Sondergesetzes vom 6. Januar 1989 über den Verfassungsgerichtshof benutzen die Personen, die ein Interesse nachweisen, in ihren Schriftstücken und Erklärungen die Sprache ihrer Wahl, außer wenn sie den Rechtsvorschriften über den Sprachengebrauch in Verwaltungsangelegenheiten unterworfen sind; in diesem Fall benutzen sie die Sprache, die ihnen durch die am 18. Juli 1966 koordinierten Gesetze über den Sprachengebrauch in Verwaltungsangelegenheiten auferlegt wird.


De Ministerraad betwist ook de ontvankelijkheid van het verzoekschrift wegens schending van bepaalde voorwaarden die zijn opgelegd bij artikel 6 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof : het verzoekschrift zou niet gedagtekend zijn en zou geen uiteenzetting van de feiten en middelen bevatten; bovendien zou daarin niet worden uitgezet in welk opzicht de referentienormen zouden zijn geschonden, en de « middelen » zouden onduidelijk zijn.

Der Ministerrat stellt auch die Zulässigkeit der Klageschrift in Abrede wegen Missachtung gewisser durch Artikel 6 des Sondergesetzes vom 6. Januar 1989 über den Verfassungsgerichtshof vorgeschriebener Bedingungen; die Klageschrift sei nicht datiert und enthalte keine Darlegung des Sachverhalts und der Klagegründe; außerdem werde darin nicht dargelegt, inwiefern die Referenznormen verletzt worden seien, und die « Klagegründe » seien obskur.


Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 24 juni 2016 in zake het openbaar ministerie tegen M. D.B., waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 5 juli 2016, heeft de Politierechtbank West-Vlaanderen, afdeling Brugge, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 38 § 6 van de Wet van 16 maart 1968 betreffende de politie over het wegverkeer de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in die mate dat ook de overtreder in de zin van artikel 30 § 2 van de Wet van 16 maart 1968 wordt geviseerd en aldus bij bewezenverklaring op eenzelfde manier w ...[+++]

Bekanntmachung vorgeschrieben durch Artikel 74 des Sondergesetzes vom 6. Januar 1989 In seinem Urteil vom 24. Juni 2016 in Sachen der Staatsanwaltschaft gegen M. D.B., dessen Ausfertigung am 5. Juli 2016 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat das Polizeigericht Westflandern, Abteilung Brügge, folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Verstößt Artikel 38 § 6 des Gesetzes vom 16. März 1968 über die Straßenverkehrspolizei gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, insofern er sich auch auf den Zuwiderhandelnden im Sinne von Artikel 30 § 2 des Gesetzes vom 16. März 1968 bezieht, der somit bei erbr ...[+++]


Uit hetgeen voorafgaat, vloeit voort dat de verzoekende partij niet voldoende aantoont dat de onmiddellijke toepassing van de wet van 16 december 2015 haar een moeilijk te herstellen ernstig nadeel kan berokkenen, zodat niet is voldaan aan een van de voorwaarden die zijn opgelegd bij artikel 20, 1°, van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof.

Aus dem Vorstehenden geht hervor, dass die klagende Partei nicht hinlänglich nachweist, dass die unmittelbare Anwendung des Gesetzes vom 16. Dezember 2015 ihr einen schwer wiedergutzumachenden ernsthaften Nachteil zuzufügen droht, so dass eine der durch Artikel 20 Nr. 1 des Sondergesetzes vom 6. Januar 1989 über den Verfassungsgerichtshof vorgeschriebenen Bedingungen nicht erfüllt ist.


Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 21 januari 2015 in zake de cvba « GT Holding », waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 4 februari 2015, heeft de Franstalige Rechtbank van Koophandel te Brussel de volgende prejudiciële vragen gesteld : « 1) Schenden de artikelen 2, d), en 50 van de wet van 31 januari 2009 betreffende de continuïteit van de ondernemingen de artikelen 10 en 11 van de Grondwet en voeren zij een discriminatie in, in voorkomend geval wegens de niet-naleving van het evenredigheidsbeginsel : in zoverre aan de schuldeiser die ...[+++]

Bekanntmachung vorgeschrieben durch Artikel 74 des Sondergesetzes vom 6. Januar 1989 In seinem Entscheid vom 21. Januar 2015 in Sachen der « GT Holding » Gen.mbH, dessen Ausfertigung am 4. Februar 2015 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat das französischsprachige Handelsgericht Brüssel folgende Vorabentscheidungsfragen gestellt: « 1) Verstoßen die Artikel 2 Buchstabe d) und 50 des Gesetzes vom 31. Januar 2009 über die Kontinuität der Unternehmen gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung und führen sie zu einer Diskriminierung, gegebenenfalls durch Nichtbeachtung des Grundsatzes der Verhältnismäß ...[+++]


De termijn van drie maanden opgelegd bij artikel 21, tweede lid, van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof om een vordering tot schorsing in te stellen was dus verstreken op het ogenblik dat de vordering tot schorsing werd ingesteld.

Die dreimonatige Frist, die in Artikel 21 Absatz 2 des Sondergesetzes vom 6. Januar 1989 über den Verfassungsgerichtshof zum Einreichen einer Klage auf einstweilige Aufhebung vorgeschrieben ist, war zum Zeitpunkt der Einreichung der Klage auf einstweilige Aufhebung also abgelaufen.


Luidens artikel 62, tweede lid, 6°, van de voormelde bijzondere wet van 6 januari 1989 gebruiken de personen die doen blijken van een belang in hun akten en verklaringen, de taal die zij verkiezen behalve indien zij onderworpen zijn aan de wetgeving op het gebruik van de talen in bestuurszaken, in welk geval zij de taal gebruiken die hun is opgelegd bij de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken, gecoördineerd op 18 juli 1966.

Gemäß Artikel 62 Absatz 2 Nr. 6 des vorerwähnten Sondergesetzes vom 6. Januar 1989 benutzen die Personen, die ein Interesse nachweisen, in ihren Schriftstücken und Erklärungen die Sprache ihrer Wahl, außer wenn sie den Rechtsvorschriften über den Sprachengebrauch in Verwaltungsangelegenheiten unterworfen sind; in diesem Fall benutzen sie die Sprache, die ihnen durch die am 18. Juli 1966 koordinierten Gesetze über den Sprachengebrauch in Verwaltungsangelegenheiten auferlegt wird.


De termijn van drie maanden opgelegd bij artikel 21, tweede lid, van de bijzondere wet van 6 januari 1989 om een vordering tot schorsing in te stellen en de termijn van zes maanden opgelegd bij artikel 3, § 1, van dezelfde wet om een beroep tot vernietiging in te stellen, waren dus beide verstreken op het ogenblik dat het beroep tot vernietiging en de vordering tot schorsing werden ingesteld.

Die durch Artikel 21 Absatz 2 des Sondergesetzes vom 6. Januar 1989 zur Erhebung einer Klage auf einstweilige Aufhebung auferlegte dreimonatige Frist und die durch Artikel 3 § 1 desselben Gesetzes zur Erhebung einer Nichtigkeitsklage auferlegte sechsmonatige Frist waren zum Zeitpunkt der Erhebung der Nichtigkeitsklage und der Klage auf einstweilige Aufhebung also beide abgelaufen.




Anderen hebben gezocht naar : 6 januari 1989 opgelegde     6 januari     januari     opgelegd     hun is opgelegd     worden opgelegd     drie maanden opgelegd     januari 1989 opgelegde     


datacenter (28): www.wordscope.be (v4.0.br)

'januari 1989 opgelegde' ->

Date index: 2023-04-28
w