Vertaling van "januari 2029 geen bestaande middelgrote stookinstallaties " (Nederlands → Duits) :

De lidstaten nemen de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat er met ingang van 1 januari 2029 geen bestaande middelgrote stookinstallaties met een nominaal thermisch vermogen van 5 MW of minder worden geëxploiteerd zonder vergunning of zonder te zijn geregistreerd.
Die Mitgliedstaaten ergreifen die notwendigen Maßnahmen, um sicherzustellen, dass ab dem 1. Januar 2029 keine bestehende mittelgroße Feuerungsanlage mit einer Feuerungswärmeleistung von höchstens 5 MW ohne Genehmigung oder Registrierung betrieben wird.

2. De lidstaten nemen de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat er met ingang van 1 januari 2024 geen bestaande middelgrote stookinstallaties met een nominaal thermisch vermogen van meer dan 5 MW worden geëxploiteerd zonder vergunning of zonder te zijn geregistreerd.
(2) Die Mitgliedstaaten ergreifen die notwendigen Maßnahmen, um sicherzustellen, dass ab dem 1. Januar 2024 keine bestehende mittelgroße Feuerungsanlage mit einer Feuerungswärmeleistung von mehr als 5 MW ohne Genehmigung oder Registrierung betrieben wird.

De lidstaten nemen de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat er met ingang van 1 januari 2030 geen bestaande middelgrote stookinstallaties met een nominaal thermisch vermogen minder dan of gelijk aan 5 MW worden geëxploiteerd zonder vergunning of registratie.
Die Mitgliedstaaten ergreifen die notwendigen Maßnahmen um sicherzustellen, dass ab dem 1. Januar 2030 keine bestehende mittelgroße Feuerungsanlage mit einer thermischen Nennleistung von bis zu 5 MW ohne Genehmigung oder Registrierung betrieben wird.

De lidstaten nemen de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat er met ingang van 1 januari 2025 geen bestaande middelgrote stookinstallaties met een nominaal thermisch ingangsvermogen minder dan of gelijk aan 5 MW worden geëxploiteerd zonder vergunning of registratie.
Die Mitgliedstaaten ergreifen die notwendigen Maßnahmen um sicherzustellen, dass ab dem 1. Januar 2025 keine bestehende mittelgroße Feuerungsanlage mit einer Feuerungswärmeleistung von bis zu 5 MW ohne Genehmigung oder Registrierung betrieben wird.

2. De lidstaten nemen de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat er met ingang van 1 januari 2024 geen bestaande middelgrote stookinstallaties met een nominaal thermisch vermogen van meer dan 5 MW worden geëxploiteerd zonder vergunning of zonder te zijn geregistreerd.
2. Die Mitgliedstaaten ergreifen die notwendigen Maßnahmen, um sicherzustellen, dass ab dem 1. Januar 2024 keine bestehende mittelgroße Feuerungsanlage mit einer Feuerungswärmeleistung von mehr als 5 MW ohne Genehmigung oder Registrierung betrieben wird.

4. Bestaande middelgrote stookinstallaties die deel uitmaken van SIS of MIS voldoen met ingang van 1 januari 2030 aan de in de tabellen 1, 2 en 3 van deel 1 van bijlage II vastgestelde emissiegrenswaarden.
(4) Bestehende mittelgroße Feuerungsanlagen, die Teil kleiner, isolierter Netze und isolierter Kleinstnetze sind, müssen ab dem 1. Januar 2030 den in Anhang II Teil 1 Tabellen 1, 2 und 3 festgelegten Emissionsgrenzwerten entsprechen.

2. Vanaf 1 januari 2025 mogen emissies in de lucht van SO2, NOx en stof door bestaande middelgrote stookinstallaties met een nominaal thermisch ingangsvermogen van meer dan 5 MW de in de tabellen 2 en 3 van deel 1 van bijlage II vastgestelde emissiegrenswaarden niet overschrijden.
(2) Ab dem 1. Januar 2025 dürfen die in die Luft eingebrachten SO2-, NOx- und Staubemissionen aus einer bestehenden mittelgroßen Feuerungsanlage mit einer Feuerungswärmeleistung von mehr als 5 MW die in Anhang II Teil 1 Tabellen 2 und 3 festgelegten Emissionsgrenzwerte nicht überschreiten.

Vanaf 1 januari 2030 mogen emissies in de lucht van SO2, NOx en stof door bestaande middelgrote stookinstallaties met een nominaal thermisch ingangsvermogen van 5 MW of minder de in de tabellen 1 en 3 van deel 1 van bijlage II vastgestelde emissiegrenswaarden niet overschrijden.
Ab dem 1. Januar 2030 dürfen die in die Luft eingebrachten SO2-, NOx- und Staubemissionen aus einer bestehenden mittelgroßen Feuerungsanlage mit einer Feuerungswärmeleistung von höchstens 5 MW die in Anhang II Teil 1 Tabellen 1 und 3 festgelegten Emissionsgrenzwerte nicht überschreiten.