2. Voor de toepassing van de onderverdelingen 1602 41 10, 1602 42 10 en 1602 49 11 tot en met 1602 49 15 worden als "delen daarvan" uitsluitend aangemerkt, de bereidingen en conserven van vlees die stukken vlees bevatten, waarvan het op grond van de afmetingen en de aard van het samenhangende spierweefsel duidelijk is dat zij, naar gelang van het geval, afkomstig zijn van de ham, de karbonadestreng, de halskarbonade of de schouder van varkens (huisdieren).
2. Der Begriff"Teile" im Sinne der Unterpositionen 1602 41 10, 1602 42 10 und 1602 49 11 bis 1602 49 15 bezieht sich nur auf zubereitetes oder haltbar gemachtes Fleisch, bei dem aufgrund der Größe und Beschaffenheit des zusammenhängenden Muskelgewebes ersichtlich ist, daß es von Schinken, Schultern, Kotelettsträngen oder Nacken von Hausschweinen stammt.