Verzoeken krachtens artikel 10, lid 1, onder a), b), d) en f), en lid 2, onder a) en c), van het Verdrag die niet het levensonderhoud ten behoeve van kinderen betreffen (in de zin van artikel 15 van het Verdrag), gaan vergezeld van een document waarin staat hoeveel kosteloze rechtsbijstand de verzoeker in de staat van herkomst heeft ontvangen, samen met informatie over het soort en de hoeveelheid rechtsbijstand waarop reeds een beroep is gedaan en welke rechtsbijstand verder nodig is.
Anträgen gemäß Artikel 10 Absatz 1 Buchstaben a, b, d und f und gemäß Artikel 10 Absatz 2 Buchstaben a und c des Übereinkommens, die keine Unterhaltsansprüche für Kinder (im Sinne des Artikels 15 des Übereinkommens) betreffen, wird ein Begleitdokument beigefügt, das angibt, in welchem Umfang der Antragsteller unentgeltliche juristische Unterstützung im Ursprungsstaat erhalten hat, sowie Angaben zu Art und Umfang der bereits in Anspruch genommenen juristischen Unterstützung und zur weiterhin benötigten juristischen Unterstützung enthält.