98. stelt eens te meer dat het, teneinde het hoofd
te bieden aan deze afschuwelijke moderne dreiging, de eerste plicht van democratische regeringen is om de bescherming van hun burgers vastberaden ter hand te nemen,
het terrorisme met kracht en vasthoudendheid te bestrijden en terroristische netwerken op te sporen en te ontmantelen; dringt erop aan dat de regeringen bij deze inspanningen en bij de vervolging van vermeende daders, zelf de rechtsstaat handhaven en hun internationale verbintenissen inzake de mensenrechten, met inbegrip
...[+++]van het humanitair recht en het vluchtelingenrecht, nakomen;
98. bekräftigt die Tatsache, dass es zur Bewältigung dieser schrecklichen modernen Bedrohung oberste Pflicht der demokratischen Regierungen ist, die Bürger entschlossen zu schützen, den Terrorismus hart und unnachgiebig zu bekämpfen und alle Terrornetzwerke aufzudecken und zu zerstören; betont, dass die Regierungen bei diesen Bemühungen und bei der Verfolgung mutmaßlicher Täter selbst die Rechtsstaatlichkeit aufrechterhalten sowie ihre internationalen Menschenrechtsverpflichtungen, einschließlich des humanitären und des Flüchtlingsrechts beachten müssen;
