21. verheugt zich over het voornemen van de Raad om op de 4de Ministersconferentie van de Wereldhandelsorganisatie te Doha in nove
mber a.s. begrip te kweken voor de belangen van de ontwikkelingslanden en de zorgen die leven in de burgersamenleving; maakt de Raad er in dit verband op attent dat de meeste ontwikkelingslanden en de meeste maatschappelij
ke groeperingen nog steeds gekant zijn tegen het betrekken van nieuwe handelsvraagstukken bij de WTO-onderhandelingen terwijl er nog zoveel onopgeloste zaken zijn blijven hangen sedert de
...[+++] Uruguay-ronde;
21. begrüßt die Absicht des Rates, die Interessen der Entwicklungsländer und die Sorgen der Zivilgesellschaft in die Handelsgespräche auf der 4. WTO-Ministerkonferenz in Doha im November mit einzubringen; erinnert in diesem Zusammenhang den Rat daran, dass eine Mehrheit von Entwicklungsländern zusammen mit den meisten zivilgesellschaftlichen Gruppen die Einführung neuer Handelsaspekte in die WTO-Verhandlungen nach wie vor ablehnen, zumal noch so viele ungelöste Probleme der Uruguay-Runde aufzuarbeiten sind;