Ieder EU-land moet ervoor zorgen dat zijn rechtsmacht de strafbare feiten bestrijkt wanneer deze worden gepleegd door een of meerdere van zijn onderdanen worden gepleegd of namens een op zijn grondgebied gevestigde rechtspersoon.
Die Gerichtsbarkeit eines EU-Landes muss sich auf die verbundenen Straftaten erstrecken, wenn sie ganz oder teilweise von einem Staatsangehörigen oder im Namen einer in diesem Land niedergelassenen juristischen Person begangen wurden.