Op grond van de tweede alinea van artikel 48, lid 3, VEU heeft de Europese Raad toegelicht dat het niet de bedoeling was om een Conventie bijeen te roepen (van vertegenwoordigers van de nationale parlementen, de staatshoofden en regeringsleiders van de lidstaten, het Europees Parlement en de Commissie) voordat de Conferentie van de vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten had plaatsgevonden. Naar de mening van de Europese Raad was een bijeenroeping gezien de reikwijdte van de voorgestelde wijzigingen niet gerechtvaardigd.
Nach Artikel 48 Absatz 3 Unterabsatz 2 des EU-Vertrags präzisierte der Europäische Rat, dass er nicht die Absicht habe, einen Konvent (zusammengesetzt aus Vertretern nationaler Parlamente, der Staats- oder Regierungschefs der Mitgliedstaaten, des Europäischen Parlaments und der Kommission) vor der Konferenz der Vertreter der Mitgliedstaaten einzuberufen, da nach Ansicht des Europäischen Rates dies durch den Umfang der Änderungsvorschläge nicht gerechtfertigt war.