Gezien de bevindingen inzake de verandering in de structuur van het handelsverkeer en de in punt 2 toegelichte overladingspraktijken, alsook gezien de bevindingen in de overwegingen 93 tot en met 105 dat de Maleisische onderneming nauwe banden heeft met de Chinese onderneming, betrokken is bij overladingspraktijken en bij een schending van de verbintenis, feiten die elk op zich een voldoende reden vormen, kon aan deze Maleisische onderneming niet de vrijstelling overeenkomstig artikel 23, lid 6, van de basisverordening worden verleend waarom zij had verzocht.
In Anbetracht der in Abschnitt 2 dargelegten Feststellungen zur Veränderung des Handelsgefüges und zu Versandpraktiken sowie der in den Erwägungsgründen 93 bis 105 dargelegten Feststellungen, wonach das malaysische Unternehmen enge Beziehungen zu dem chinesischen Unternehmen unterhält, Versand betreibt und sich an einer Verletzung der Verpflichtung beteiligt, die jeweils für sich genommen bereits ausreichend sind, konnte die von diesem malaysischen Unternehmen beantragte Befreiung nach Artikel 23 Absatz 6 der Grundverordnung nicht gewährt werden.
