3. is van oordeel dat staatssteun voor innovatie een aanvulling moet vormen op de overeenkomstige uniforme beleidsmaatregelen van de Gemeenschap en een duidelijke, meetbare toegevoegde waarde moet hebben voor de begunstigden en daarnaast een bijkomend effect op de bredere lokale, regionale en nationale economie;
3. ist der Auffassung, dass staatliche Innovationsbeihilfen als Ergänzung zu den jeweiligen einheitlichen Gemeinschaftsmaßnahmen gewährt werden sollten und einerseits einen deutlichen und messbaren zusätzlichen Nutzen für die unmittelbar Begünstigten und andererseits positive sekundäre Auswirkungen auf die lokale, regionale und nationale Wirtschaft im weiteren Sinne haben müssen;