Freixenet dringt bovendien aan op het feit dat de merken waarvan inschrijving wordt verzocht zich aanzienlijk onderscheiden van de normen in de sector op 1 april 1996 en zij merkt in dit verband op dat de originaliteit van deze merken als zodanig is erkend door zowel de kamer van beroep van het BHIM als het Gerecht in de punten 76 en 81 van arrest T‑109/08 en de punten 75 en 80 van arrest T‑110/08.
Freixenet unterstreicht weiter, dass sich die angemeldeten Marken am 1. April 1996 erheblich von der Branchennorm abgehoben hätten, und weist insoweit darauf hin, dass die Eigentümlichkeit der Marken sowohl von der Beschwerdekammer des HABM als auch, in den Randnrn. 76 und 81 des Urteils T‑109/08 und den Randnrn. 75 und 80 des Urteils T‑110/08, vom Gericht anerkannt worden sei.