4. meent dat de EU zijn standpunt over nauwere betrekkingen met de BRICS-landen moet formuleren, ook al bestaat de kans dat de EU en de BRICS-landen niet noodzakelijk altijd op dezelfde lijn zullen zitten wat bindende toezeggingen en geïnstitutionaliseerde systemen betreft; meent daarnaast dat de BRICS-landen in ruil voor hun inspanningen om tot een doeltreffend multilateralisme te komen mogelijk rekenen op een betere vertegenwoordiging in relevante internationale instellingen; benadrukt dat de groei van de BRICS-landen moet worden gezien als een kans en niet als een probleem;
4. ist der Ansicht, dass die EU ihren Standpunkt zu engeren Beziehungen mit den BRICS-Ländern formulieren sollte, wobei sie den Umstand in Betracht ziehen muss, dass die Vorstellung der EU und die Vorstellung der BRICS-Länder von verbindlichen Verpflichtungen und institutionalisierten Systemen nicht notwendigerweise immer dieselbe sein könnte; ist ferner der Überzeugung, dass die Unterstütz
ung eines wirksamen Multilateralismus durch die BRICS-Länder möglicherweise als Gegenleistung für eine stärkere Vertretung in den einschlägigen internationalen Institutionen gewonnen werden kann; betont, dass die sich aus der zunehmenden Bedeutung de
...[+++]r BRICS-Länder ergebenden Herausforderungen als Chance und nicht als Problem betrachtet werden sollten;