3. Indien de bevoegde autoriteiten
van de lidstaat van ontvangst constateren dat een beheermaatschappij die op het grondgebied van hun lidstaat een
bijkantoor heeft of diensten verricht, niet de wettelijke of bestuursrechtelijke bepalingen naleeft welke in die lidstaat zijn vastgesteld ter uitvoering van de bepalingen van deze richtlijn die een bevoegdheid van de bevoegde autoriteiten van de lidstaat van ontvangst inhouden, eisen zij dat de betrokken beheermaatschappij een eind maakt aan deze onregelmatige situati
...[+++]e.
(3) Stellen die zuständigen Behörden des Aufnahmemitgliedstaats fest, dass eine Verwaltungsgesellschaft, die eine Zweigniederlassung in ihrem Hoheitsgebiet hat oder dort Dienstleistungen erbringt, gegen Rechts- oder Verwaltungsvorschriften verstößt, die in Anwendung der eine Zuständigkeit der Behörden des Aufnahmemitgliedstaats begründenden Bestimmungen dieser Richtlinie in diesem Staat erlassen wurden, so fordern die Behörden die betreffende Verwaltungsgesellschaft auf, die vorschriftswidrige Situation zu beenden.