2. De vrije beschikking over de roerende of onroerende activa die deel uitmaken van het vermogen van de toegelaten verzekeringsondernemingen wordt, onverminderd artikel 20, lid 3, artikel 37, leden 1, 2, 3 en 5, en artikel 39, lid 1, tweede alinea, door de lidstaten niet beperkt.
(2) Vorbehaltlich des Artikels 20 Absatz 3, des Artikels 37 Absätze 1, 2, 3 und 5 und des Artikels 39 Absatz 1 Unterabsatz 2 sehen die Mitgliedstaaten davon ab, die freie Verfügung über die beweglichen und die unbeweglichen Vermögenswerte der zugelassenen Versicherungsunternehmen zu beschränken.