18. erkent dat de lidstaten het best geplaatst zijn om toezicht op de faillissementswetgeving te houden; acht simpele uitwisseling van de beste praktijken niettemin onvoldoende, en verzoekt de EU daarom de verdere ontwikkeling en bevordering van ondersteuningsnetwerken voor bedrijven op regionaal en lokaal niveau aan te moedigen, opdat deze het kleinbedrijf steun kunnen bieden bij het opnieuw opstarten van een onderneming;
18. ist sich bewusst, dass die Mitgliedstaaten am besten in der Lage sind, das Insolvenzrecht zu überwachen; ist dennoch der Auffassung, dass es nicht genügt, lediglich einen Austausch der bewährten Verfahren vorzunehmen, und fordert daher die Europäische Union auf, die Weiterentwicklung und Förderung von Unterstützungsnetzen für Unternehmen auf regionaler und lokaler Ebene, die Kleinunternehmen bei einem Neustart unterstützen sollen, voranzubringen;