(2) Wanneer de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA vaststelt dat een nationale steunmaatregel die in strijd met dit voorschrift tot uitvoering is gebracht, voor geen e
nkele van de bij de EER-Overeenkomst vastgestelde afwijkingen in aanmerking komt en derhalve onverenigbaar met de werking van de EER-Overeenkomst is, eist zij dat de EVA-staat de steun terugvordert, tenzij deze eis strijdig zou zijn met een fundamenteel beginsel van het EER-recht, met name het gewettigde vertrouwen dat men in de houding van de Toezichthoudende Autorit
...[+++]eit van de EVA moet kunnen stellen.
(2) Stellt die Behörde fest, daß für eine entgegen dieser Vorschrift durchgeführte staatliche Beihilfe keine der im Abkommen vorgesehenen Ausnahmen geltend gemacht werden kann und daß diese Beihilfe folglich mit der Funktionsweise des Abkommens unvereinbar ist, so verlangt sie von dem betreffenden EFTA-Staat die Rückforderung der Beihilfe - außer in den Fällen, in denen dieser Forderung ein allgemeiner Grundsatz des EWR-Rechts entgegenstehen würde, insbesondere ein berechtigtes Vertrauen, das durch die Haltung der Behörde begründet wurde.