2. Met betrekking tot praktijkexamens aan boord van treinen moet de kandidaat houder zijn van zowel een geldige treinbestuurderslicentie als een geldig certificaat inzake het onderwerp van het examen of een soortgelijk type lijn/rollend materieel.
(2) Bezüglich der praktischen Prüfung an Bord von Zügen muss der Antragsteller Inhaber sowohl einer gültigen Fahrerlaubnis und einer gültigen Bescheinigung sein, die den Gegenstand der Prüfung oder Strecken/Rollmaterial ähnlicher Art abdeckt.