In de parlementaire voorbereiding wordt aangegeven dat in de toepassing van de verhaalbaarheid voor de strafgerechten is voorzien omdat het « meer conform [l
eek] te zijn met de principes van gelijkheid en niet-discriminatie dat men de rechtsonderhorigen die het herstel vragen van schade voor een burgerlijke dan wel voor een strafrechtelijke rechtbank, gelijk zou behandelen », en dat het voorstel om de regeling van de verhaalbaarheid uit te breiden tot de relaties tussen de beklaagde en de burgerlijke partij in overeenstemming was met het advies van de Ordes van advocaten en dat van de Hoge Raad voor de Justitie (Parl. St., Kamer, 2006-20
...[+++]07, DOC 51-2891/002, pp. 5-6).In den Vorarbeiten wurde angeführt, die Anwendung der Rückforderbarkeit vor den Strafgerichten sei vorgesehen worden, weil es « besser mit den Grundsätz
en der Gleichheit und Nichtdiskriminierung in Einklang zu sein scheint, dass man die Rechtsuchenden, die die Wiedergutmachung eines Schadens vor einem Zivilgericht oder vor einem Strafgericht fordern, gleich behandelt », und der Vorschlag, die Regelung der Rückforderbarkeit auf die Beziehungen zwischen dem Angeklagten und der Zivilpartei auszudehnen, entspreche der Stellungnahme der Rechtsanwaltskammern sowie derjenigen des Hohen Justizrates (Parl. Dok., Kammer, 2006-2007, DOC 51-2891/002
...[+++], SS. 5-6).