Wat betreft de pro-Deoadvocaat, meer bepaald de « juridische tweedelijnsbijstand » (artikel 446bis van het Gerechtelijk Wetboek), bepaalt artikel 508/19 van het Gerechtelijk Wetboek, zoals gewijzigd bij artikel 2 van de wet van 21 april 2007, dat de advocaat de aan de begunstigde toegekende rechtsplegingsvergoeding int (artikel 508/19, § 1) en daarvan melding maakt in zijn verslag aan het bureau voor rechtsbijstand (artikel 508/19, § 2, eerste lid), opdat de rechtsplegingsvergoeding in mindering kan worden gebracht van de vergoedingen die hij ontvangt voor zijn prestaties in het raam van de juridische tweedelijnsbijstand.
W
as den Rechtsanwalt pro deo und insbesondere den « weiterführenden juristischen Beistand » (Artikel 446bis des Gerichtsgesetzbuches) betrifft, bestimmt Artikel 508/19 des Gerichtsgesetzbuches in der durch Artikel 2 des Gesetzes vom 21. April 2007 abgeänderten Fassung, dass der Rechtsanwalt die dem Begünstigten gewährte Verfahrensentschädigung bezieht (Artikel 508/19 § 1) und sie in dem Bericht, den er dem Büro für juristischen Beistand erstattet, angibt (Artikel 508/19 § 2 Absatz 1), damit die Verfahrensentschädigung auf die Vergütungen angerechnet werden kann, die er für seine Leistungen im Rahmen des weiterführenden juristischen Beist
...[+++]ands erhält.
