De in het vorige lid beoogde personen moeten op de datum van de inwerkingtreding van deze wet houder zijn van een diploma in de psychologie behaald in het hoger onderwijs buiten de universiteit dat door de Staat of door de Gemeenschap georganiseerd, erkend of gesubsidieerd wordt, en gedurende ten minste drie jaar of vier jaar naargelang van het behaalde diploma een beroep hebben uitgeoefend dat verband houdt met de psychologie.
Die im vorhergehenden Absatz genannten Personen müssen zum Zeitpunkt des Inkrafttretens dieses Gesetzes Inhaber eines Diploms der Psychologie des vom Staat oder von der Gemeinschaft organisierten, anerkannten oder bezuschussten nichtuniversitären Hochschulwesens sein und, je nach dem erworbenen Diplom, während mindestens drei oder vier Jahren einen psychologisch orientierten Beruf ausgeübt haben.