In het Europees Verdrag voor de rechten van de mens en in het EU-Handvest van de grondrechten is vastgelegd welke de elementaire rechten van een verdachte zijn, zoals het recht op toegang tot een advocaat, het recht op tolk- en vertaaldiensten, het recht te weten waarvan men wordt beschuldigd, het recht op regelmatige toetsing van de hechtenis en het recht om voor een rechter te verschijnen, maar wordt nauwelijks nader aangegeven hoe die rechten in de praktijk moeten worden beschermd.
Obwohl in der Europäischen Menschenrechtskonvention und in der Charta der Grundrechte der EU grundlegende Verteidigungsrechte verankert sind, wie das Recht auf Rechtsbeistand, das Recht auf Übersetzungen und Dolmetschleistungen, das Recht auf Belehrung über den Tatvorwurf, das Recht auf regelmäßige Haftprüfung und das Recht, einem Richter vorgeführt zu werden, so enthalten sie doch kaum Angaben dazu, wie diese Rechte in der Praxis gewährleistet werden sollten.