Het vierde middel laakt een procedurefout in de vorm van een verkeerde voorstelling van bewijsmateriaal, omdat het Gerecht de door rekwirante overgelegde bewijzen van een geval van onbillijkheid niet in zijn overwegingen heeft betrokken.
Der vierte Rechtsmittelgrund rügt einen Verfahrensfehler in Form einer Beweismittelverfälschung, da das Gericht die von der Rechtsmittelführerin vorgelegten Nachweise eines Härtefalls nicht in seine Überlegungen einbeziehe.