Het is vaste rechtspraak van het Hof van Justitie en het Gerecht van eerste aanleg dat, gelet op deze samenlopende bevoegdheden, artikel 3 van Verordening nr. 17 - dat de juridische grondslag vormt voor het indienen bij de Commissie van een klacht wegens schending van de artikelen 85 en 86 - aan degene die op grond van dat artikel een verzoek heeft ingediend, geen recht geeft op een beschikking van de Commissie in de zin van artikel 189 van het Verdrag betreffende het al dan niet bestaan van de beweerde inbreuk (23).
Zu diesen konkurrierenden Zuständigkeiten haben der Gerichtshof und das Gericht erster Instanz in ihrer ständigen Rechtsprechung befunden, daß Artikel 3 der Verordnung Nr. 17 (Rechtsgrundlage für die Vorlage einer Beschwerde bei der Kommission wegen behaupteter Zuwiderhandlung gegen Artikel 85 und 86) einem Beschwerdeführer nicht den Anspruch verleiht, eine Entscheidung der Kommission nach Artikel 189 EG-Vertrag über das Vorliegen der behaupteten Zuwiderhandlung zu erwirken (23).