(13 quater) Onverminderd het nationale recht dat de verplichte aanwezigheid of bijstand van een advocaat vereist, moet de verdachte of beklaagde het recht worden verleend afstand te doen van zijn recht uit hoofde van deze richtlijn, zolang hem mondeling of schriftelijk voldoende en duidelijke informatie in eenvoudige en begrijpelijke bewoordingen is gegeven om met kennis van zaken te oordelen over de inhoud van het betrokken recht en de mogelijke gevolgen van een afstand van dat recht.
(13c) Unbeschadet innerstaatlicher Rechtsvorschriften, die die Anwesenheit oder Unterstützung eines Rechtsbeistands vorschreiben, sollte es dem Verdächtigen oder Beschuldigten gestattet sein, auf ein Recht gemäß dieser Richtlinie zu verzichten, sofern er mündlich oder schriftlich eindeutige und ausreichende Informationen in einfacher und verständlicher Sprache über den Inhalt des betreffenden Rechts und die möglichen Folgen eines Verzichts auf das Recht erhalten hat.