Een verwijzing naar artikel 25, eerste alinea, van het gewijzigde statuut, waarin wordt bepaald dat de taal van de lidstaat waar de verweerder woonachtig is, de procestaal voor het Gemeenschapsoctrooigerecht is, is niet mogelijk aangezien de eiser bij het proces in eerste aanleg in de beroepszaak de verweerder kan zijn geworden.
Es ist allerdings keine Bezugnahme auf Artikel 25 Absatz 1 des Anhangs II der Satzung möglich, wonach das Gemeinschaftspatentgericht seine Verhandlungen in der Amtssprache des EU-Mitgliedstaats führt, in dem der Beklagte seinen Wohnsitz hat, da der erstinstanzliche Kläger in der Rechtsmittelinstanz möglicherweise zum Beklagten wird.