Op de datum waarop de lening wordt gesloten, moet de kredietnemer aan de volgende voorwaarden voldoen : 1° hij is sinds minstens vijf jaar ingeschreven bij de Kruispuntbank van Ondernemingen of bij een organisme voor de sociale zekerheid van de ze
lfstandigen als een inschrijving bij de Kruispuntbank van Ondernemingen niet verplicht is; 2° hij heeft een maatschappelijke
zetel in het Waalse Gewest; 3° hij oefent geen acti
viteit uit of heeft geen doel ...[+++] dat uitsluitend of hoofdzakelijk bestaat : a) in de dienstverrichtingen van financiële aard ten gunste van derden; b) in het verrichten van geldbeleggingen; c)in het gemeenschappelijk beleggen van kapitaal; d) in de oprichting, de verwerving, het beheer, de verbouwing, de verkoop of de verhuur van vastgoed voor eigen rekening of het bezit van deelnemingen in vennootschappen met een soortgelijk
doel; e) in een vennootschap waarin onr
oerende goederen of andere zakelijke rechten met betrekking tot dergelijke goederen zijn ondergebracht, waarvan natuurlijke personen die een opdracht of functies als be
doeld in artikel 32, eerste lid, 1°, van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen uitoefenen, hun echtgenoot of hun kinderen wanneer die personen of hun echtgenoot het wettelijk genot van de inkomsten van die kinderen hebben, het gebruik hebben; en 4° hij maakt niet het voorwerp uit van een collectieve insolventieprocedure en hij bevindt zich niet in de voorwaarden van een collectieve insolventieprocedure.
An dem Tag des Darlehensabschlusses genügt der Darlehensnehmer folgenden Bedingungen: 1° er ist seit weniger als fünf Jahren bei der Zentralen Datenbank der Unternehmen (Banque-Carrefour des Entreprises) oder bei einer Sozialsicherheitseinrichtung für Selbstständige registriert, wenn eine Registrierung bei der Zentralen Datenbank der Unternehmen nicht obligatorisch ist; 2° er hat einen Betriebssitz in der Wallonischen Region; 3°er übt keine Tätigkeit aus oder hat nicht als ausschließlichen oder hauptsächlichen Gegenstand: a) die Erbringung von finanziellen Dienstleistungen zugunsten von Dritten; b) die Tätigung von Geldanlagen; c) die kollektive Kapitalanlage; d) den Bau, Erwerb, die Verwaltung, Einrichtung, den Verkauf, die Vermietung
...[+++] von Immobiliengütern für eigene Rechnung oder das Halten von Beteiligungen in Gesellschaften mit ähnlichem Gegenstand; e) eine Gesellschaft, in der Immobiliengüter oder andere dingliche Rechte auf solchen Gütern angelegt sind, von denen natürliche Personen, die ein Mandat oder Ämter im Sinne von Artikel 32, Absatz 1 Ziffer 1 des Einkommensteuergesetzbuches ausüben, ihr Ehepartner oder ihre Kinder, wenn diese Personen oder ihr Ehepartner das gesetzliche Benutzungsrecht des Einkommens Letzterer haben, den Genuss haben; und 4° er ist nicht Gegenstand eines kollektiven Zahlungsunfähigkeitsverfahrens und befindet sich nicht in den Bedingungen eines kollektiven Zahlungsunfähigkeitsverfahrens.