B.25 De wetgever vermocht terecht ervan uit te gaan dat, teneinde het privéleven van de minderjarige en zijn familie te beschermen, de stelselmatige mededeling van de in openbare terechtzitting gewezen arresten en vonnissen diende te worden beperkt tot uitsluitend de partijen die rechtstreeks bij de beschermende maatregelen zijn betrokken, en niet de burgerlijke partijen, wier belangen bij het geding van een andere aard zijn.
B.25 Der Gesetzgeber konnte zu Recht davon ausgehen, dass es zum Schutz des Privatlebens des Minderjährigen und seiner Familie angebracht war, die systematische Ubermittlung der in öffentlicher Sitzung gefällten Urteile auf die unmittelbar von den Schutzmassnahmen betroffenen Parteien zu begrenzen, und sie nicht auf die Zivilparteien auszudehnen, deren Interesse an der Rechtssache anders beschaffen ist.