Dat de oppervlakte cultuurgronden in beginsel voldoende moet zijn om 25 pct. van de productie van dierlijke mest op het land op te brengen, houdt redelijk verband met het oogmerk om de familiale bedrijven met een zeker grondbezit bepaalde voordelen toe te kennen ten opzichte van de grotere en/of geïntegreerde bedrijven (Gedr. St., Vlaamse Raad, 1995-1996, nr. 148-1, pp.
Dass die bewirtschaftete Anbaufläche grundsätzlich ausreichend gross sein muss, um 25 Prozent der Produktion von Düngemitteln tierischer Herkunft auf dem Land auszubringen, steht in einem vernünftigen Verhältnis zu dem Ziel, den Familienbetrieben mit einem gewissen Bodenbesitz gewisse Vorteile im Vergleich zu den grösseren und/oder integrierten Betrieben zu gewähren (Dok., Flämischer Rat, 1995-1996, Nr. 148-1, SS. 4 und 6, und ebenda, Nr. 148-3, SS. 17 und 19-23).