De partijen komen overeen dat zij vijf jaar na de inwerkingtreding van de Overeenkomst de mogelijkheid zullen onderzoeken om artikel 39, lid 2, onder c), tweede alinea, toepasselijk te maken op onder de vlag van een derde land varende schepen die worden geëxploiteerd door scheepvaartmaatschappijen of onderdanen van een lidstaat of van Rusland.
Die Vertragsparteien sind sich darüber einig, fünf Jahre nach Inkrafttreten dieses Abkommens die Möglichkeit zu erwägen, Artikel 39 Absatz 2 Buchstabe c) Unterabsatz 2 auf unter der Flagge eines Drittstaats fahrende Schiffe anzuwenden, die von Schiffahrtsgesellschaften oder Staatsangehörigen eines Mitgliedstaats oder Rußlands betrieben werden.