Artikel 1, sub i, van beschikking C(2009) 428 definitief van de Commissie van 28 januari 2009 in een procedure op grond van artikel 81 [EG] en artikel 53 van de EER-Overeenkomst (zaak COMP/39.406 — Olieslangen voor maritieme toepassingen) wordt nietig verklaard voor zover de Europese Commissie daarbij heeft vastgesteld dat Parker ITR Srl vóór 1 januari 2002 aan de inbreuk heeft deelgenomen.
Art. 1 Buchst. i der Entscheidung K(2009) 428 endg. der Kommission vom 28. Januar 2009 in einem Verfahren nach Artikel 81 [EG] und Artikel 53 EWR-Abkommen (Sache COMP/39.406 — Marineschläuche) wird insoweit für nichtig erklärt, als die Kommission darin festgestellt hat, dass sich die Parker ITR Srl vor dem 1. Januar 2002 an der Zuwiderhandlung beteiligt habe.