3. Bij wijze van uitzondering op lid 1, punt b) en lid 2, punt b) van dit artikel, zal de ontvangende lidstaat de toegang tot en uitoefening van een gereglementeerd beroep toestaan, wanneer de toegang tot dit beroep op zijn grondgebied afhankelijk wordt gesteld van het bezit van een opleidingstitel die een opleiding van hoger of universitair onderwijs met een duur van vier jaar afsluit en de aanvrager een opleidingstitel van het niveau bezit waarnaar in artikel 11, punt c) wordt verwezen .
(3) Abweichend von Absatz 1 Buchstabe b und Absatz 2 Buchstabe b gewährt der Aufnahmemitgliedstaat den Zugang zu einem reglementierten Beruf und erlaubt dessen Ausübung, wenn in seinem Hoheitsgebiet für den Zugang zu diesem Beruf ein Ausbildungsnachweis verlangt wird, der eine Hochschul- oder Universitätsausbildung von vier Jahren abschließt, und der Antragsteller über einen Ausbildungsnachweis des Niveaus gemäß Artikel 11 Buchstabe c verfügt.