25. wijst op het belang van menselijke ontwikkeling, loopbaanflexibiliteit en persoonlijke betrokkenheid; herinnert er in dit verband aan dat beroepsmobiliteit een fundamentele factor is en dat substantiële investeringen nodig zijn om inzetbaarheid en aanpassingsvermogen actief te ondersteunen en uitputting van vaardigheden onder werklozen te voorkomen;
25. betont die Bedeutung von menschlicher Entwicklung, beruflicher Flexibilität und Eigenverantwortung; weist in diesem Zusammenhang darauf hin, dass die berufliche Mobilität ein wesentlicher Faktor ist und dass umfangreiche Investitionen gefordert sind, damit bei den Arbeitslosen die Beschäftigungs- und Anpassungsfähigkeit aktiv unterstützt und die Ausdünnung von Kompetenzen verhindert wird;