Indien op grond van de in lid 1 bedoelde beoordeling en de in lid 3 bedoelde analyse wordt vastgesteld dat er geen potentieel aanwezig is waarvan de baten groter zijn dan de kosten, met inbegrip van de administratieve kosten voor het uitvoeren van de in lid 5 bedoelde kosten-batenanalyse, kan de betrokken lidstaat de installaties vrijstellen van de in dat lid vermelde voorschriften.
Ergeben die Bewertung nach Absatz 1 und die Analyse nach Absatz 3, dass kein Potenzial vorhanden ist, bei dem der Nutzen die Kosten — einschließlich der Verwaltungskosten für die Durchführung der Kosten-Nutzen-Analyse nach Absatz 5 — überwiegt, so können die betreffenden Mitgliedstaaten Anlagen von den Anforderungen jenes Absatzes ausnehmen.